In een decor vol attributen helpen de vriendinnen elkaar met opruimen. Zijn ze de inboedel van het ouderlijk huis van een van beide aan het opruimen? Voorwerpen die door hun handen gaan roepen herinneringen op aan vroeger, ze reflecteren op hun familiegeschiedenis. Met de voorwerpen gaan we als publiek terug in de tijd en beleven ontroerende en soms schokkende scenes uit het Indisch familie-verleden; vér weg en in het Nederland van na de oorlog.
Voor mensen die i…
In een decor vol attributen helpen de vriendinnen elkaar met opruimen. Zijn ze de inboedel van het ouderlijk huis van een van beide aan het opruimen? Voorwerpen die door hun handen gaan roepen herinneringen op aan vroeger, ze reflecteren op hun familiegeschiedenis. Met de voorwerpen gaan we als publiek terug in de tijd en beleven ontroerende en soms schokkende scenes uit het Indisch familie-verleden; vér weg en in het Nederland van na de oorlog.
Voor mensen die in oorlog leefden, en uit lijfsbehoud vluchten moesten, is (bijna) niets meer zo simpel als het lijkt. Naast onverteerbare woede of wrok is er altijd ook een gevoel van 'te moeten behouden; te moeten vasthouden’; want vaak immers jaren zó tekort gekomen. Of zoveel geweld en/of honger en/of dreiging en vernedering meegemaakt. In dit vierde stuk willen de makers een stop op die steeds weer terugkerende gevoelens van verongelijktheid zetten. De boodschap die zij eens -30 jaar geleden bij het spelen van hun eerste stuk,vanuit de zaal hoorden: "Dit leed zal doorgaan tot in de vijfde generatie..."
hopen zij te kunnen ontkrachten. We léven immers, en tot nu, in Nederland, is dat leven goed. Laat dat een troost zijn voor de vele vluchtelingen, die daarná op drift zijn geraakt. Laat het een troost zijn dat er gelukkig veel geleerd is voor de latere vluchtelingen, sinds en vanuit die enorme vluchtelingenstroom uit Nederlands Indië. Destijds, rond de jaren ‘50.