Het vennetje rechts van het pad is net als veel andere Drentse veenplassen waarschijnlijk in de laatste ijstijd ontstaan. Het was de ijstijd waarin het hier weliswaar buitengewoon koud
was, maar waarin de gletsjers Nederland nooit bereikt hebben. Het veentje is een zogeheten
pingoruïne. Pingo’s ontstonden in die laatste …
Het vennetje rechts van het pad is net als veel andere Drentse veenplassen waarschijnlijk in de laatste ijstijd ontstaan. Het was de ijstijd waarin het hier weliswaar buitengewoon koud
was, maar waarin de gletsjers Nederland nooit bereikt hebben. Het veentje is een zogeheten
pingoruïne. Pingo’s ontstonden in die laatste ijstijd door grondwater dat aan de oppervlakte bevroor. Ze konden uitgroeien tot tientallen meters hoge ijsbergen. Hierbij werd de grond ingedrukt en opzij geschoven, zodat na het smelten van het ijs een kuil overbleef met een verhoogde rand er omheen. In de loop van de tijd groeide zo’n pingoruïne dicht met veen. Aan de vierkante gaten langs de rand van het veentje is nog te zien dat er op beperkte schaal turf gestoken is.