Signalen die een radiotelescoop opvangt, zijn radiogolven. Nu denk je misschien, maar wat is een radiogolf dan eigenlijk? Nou, radiogolven zijn een soort elektromagnetische straling. En dat klinkt heel wat, maar licht is dat ook!
Golflengte
Elektromagnetische golven zijn een soort rimpelingen in …
Signalen die een radiotelescoop opvangt, zijn radiogolven. Nu denk je misschien, maar wat is een radiogolf dan eigenlijk? Nou, radiogolven zijn een soort elektromagnetische straling. En dat klinkt heel wat, maar licht is dat ook!
Golflengte
Elektromagnetische golven zijn een soort rimpelingen in de ruimte. Net zoiets als de rimpelingen in een vijver als je daar een steen in gooit. Vlakbij de steen gaan de golven het meest op en neer en verder van de steen af wordt die golfbeweging steeds minder en wordt de ruimte tussen de golven steeds groter; dit heet de golflengte. Bij elektromagnetische golven, en dus radiogolven, werkt dit net zo. Radiogolven met een kleine golflengte bewegen sneller op en neer dan golven met een lange golflengte. Die golflengte is bepalend voor allerlei eigenschappen van de elektromagnetische golf. De kleur van licht wordt bijvoorbeeld bepaald door de golflengte. Licht dat snel beweegt is blauw-paarser van kleur, terwijl licht met een langere golflengte oranjerood is. Sommige straling heeft een kleinere golflengte dan zichtbaar licht, zoals röntgenstraling, waarmee je botten op de foto kunt zetten. Radiogolven hebben juist een heel lange golflengte. Het varieert van een paar centimeters tot honderden meters! De telescopen van ASTRON vangen normaal gesproken radiogolven op met een golflengte van 1 tot 10 meter lang.