De afgeturfde venen leverden de zogenaamde ‘dalgronden’ op. Dat bleek prima landbouwgrond te zijn voor de verbouw van o.a. fabrieksaardappelen, waaruit het zetmeel wordt gehaald. Een grondstof voor vele producten. Aan het einde van het dorp staat het industriecomplex van de in 1903 opgerichte coöperatieve aardappelmeelfabriek ‘De Oostermoer’.
In 1919 sloot dit bedrijf zich aan bij het …
De afgeturfde venen leverden de zogenaamde ‘dalgronden’ op. Dat bleek prima landbouwgrond te zijn voor de verbouw van o.a. fabrieksaardappelen, waaruit het zetmeel wordt gehaald. Een grondstof voor vele producten. Aan het einde van het dorp staat het industriecomplex van de in 1903 opgerichte coöperatieve aardappelmeelfabriek ‘De Oostermoer’.
In 1919 sloot dit bedrijf zich aan bij het samenwerkingsverband Coöperatief Aardappelmeel Verkoopbureau (AVB), de latere Coöperatie Avebe, nu Royal Avebe. Aanvankelijk ging de aanvoer van aardappelen naar de fabriek per wipkar (wubkaor) maar daarna vrijwel uitsluitend per schip, mogelijk door de vestiging van de fabriek aan het kanaal. Het afvalwater van de fabriek werd toentertijd rechtstreeks op het kanaal geloosd, hetgeen leidde tot veel (stank) overlast voor de omgeving.
Na het dempen van het kanaal in het begin van de jaren ’70 van de vorige eeuw werd het afvalwater afgevoerd naar de vloeivelden van Avebe. In de fabriek worden aardappelzetmeel en daarvan afgeleide producten geproduceerd. Avebe breidt zich voortdurend uit door nieuwe producten te ontwikkelen. Zo is er een type plantaardig eiwit ontdekt dat dierlijk eiwit kan vervangen. De coöperatie telt (anno 2023) ruim 2500 leden en meer dan 1300 medewerkers. Het concern heeft naast Gasselternijveen ook verstigingen in Ter Apelkanaal, Foxhol, in Duitsland en in Zweden. Het is de laatste werkzame aardappelmeelfabriek in Drenthe.