Toen in de vorige eeuw bij archeologisch onderzoek in de Rolder kerk een jacobsschelp gevonden werd, dacht men het zeker te weten: deze kerk was destijds gewijd aan St. Jacobus, de apostel die de schelp naar het verre Santiago de Compostella bracht. Tegenwoordig wordt sterk getwijfeld aan de juistheid van deze conclusie en zou de Jacobuskerk wellicht een andere naam moeten dragen. In een van de ramen van het koor is een jacobsschelp gebrandschilderd.
In de negende of t…
Toen in de vorige eeuw bij archeologisch onderzoek in de Rolder kerk een jacobsschelp gevonden werd, dacht men het zeker te weten: deze kerk was destijds gewijd aan St. Jacobus, de apostel die de schelp naar het verre Santiago de Compostella bracht. Tegenwoordig wordt sterk getwijfeld aan de juistheid van deze conclusie en zou de Jacobuskerk wellicht een andere naam moeten dragen. In een van de ramen van het koor is een jacobsschelp gebrandschilderd.
In de negende of tiende eeuw moet op deze plaats in Rolde een eerste houten kerkje gebouwd zijn om de bevolking ter plaatse in de gelegenheid te stellen om hun nieuwe geloof uit te oefenen. Rolde hoort daarmee tot de zes oudste Drentse parochies. Net als in Emmen en Anloo is ook het eerste kerkje van Rolde vermoedelijk door de bisschop van Utrecht in eigen persoon gesticht om zijn missieactiviteiten in deze streken kracht bij te zetten. Uit de zes oerparochies ontstonden de dingspelen, de oude Drentse rechtsgebieden. Een daarvan was het Rolder Dingspel. Rond het jaar 1200 kreeg Rolde zijn eerste stenen kerkje. De huidige Jacobuskerk met zijn hoge gotische ramen stamt uit het eerste kwart van de vijftiende eeuw. De spitse toren fungeerde eeuwenlang als een baken voor reizigers om niet op de eindeloze Drentse hei te verdwalen. Alle karrensporen op het Ballooërveld zijn gericht op de Rolder toren.