Leestijd: 4 minuten

Bij Drenthe denk je al gauw aan hunebedden. Maar weet je dat er nog veel meer sporen te vinden zijn, ook uit de eerdere ijstijden?

Je kunt ze allemaal zien in onze Oerprovincie. We vertellen je graag over het ontstaan en de geschiedenis van deze sporen. Ga je mee op tijdreis?

Saale-ijstijd

Het Drentse landschap is ontstaan aan het einde van de Saale-ijstijd, zo’n 150.000 jaar geleden. Toen ploegde een ijsstroom door de Noord-Nederlandse bodem, met de kaarsrechte en evenwijdige ruggen (‘megaflutes’) van de Hondsrug als resultaat. Je vindt er ook honderden pingoruïnes; kraters die zijn ontstaan in de ijstijd. Inmiddels staan ze vol water en zijn het vennetjes.

Paarse heide, nevel een pingoruïne op het Ballooërveld.

Neanderthalers en mammoeten

De eerste ‘menselijke’ sporen gaan óók terug tot de ijstijd. Bij Drouwen en Anderen zijn vuistbijlen gevonden van neanderthalers, de voorlopers van de mens. Zij jaagden op mammoeten en wolharige neushoorns. De bijlen zijn vermoedelijk 120.000 jaar oud. Mammoetbotten zijn gevonden bij het Oranjekanaal, Orvelte en de Wapserveense Aa (bij Nijensleek).

Een mammoet.

De moderne mens

Na de laatste ijstijd (10.000 voor Christus) kwamen rendierjagers naar het Hondsruggebied. Net als wij behoorden ze tot de moderne mens. Deze rendierjagers lieten haardplaatsen en van allerlei gereedschappen achter, die je allemaal nog kunt bekijken. Rond 3.400 voor Christus kwamen de eerste ‘vaste’ bewoners in het gebied: het Trechterbekervolk. Dit volk werd het bekendst om de manier waarop ze hun doden begroeven. Dit deden ze namelijk in grafkelders, ofwel hunebedden.

Een man toont aardenwerken trechterbekers die werden gebruikt door het trechterbekervolk.

Hunebedden

De hunebedden van Drenthe zijn legendarisch. In Drenthe vind je (de restanten van) 52 van deze grafkelders. Je kunt er niet omheen, want sommige van de rotsblokken wegen meer dan 20 ton! In het Hunebedcentrum in Borger kunnen ze je er alles over vertellen. Maar natuurlijk moet je er vooral ook naar kijken. Tip: doe dit ’s avonds. In de stilte en schaarse verlichting brengen deze sporen uit de oertijd je in een klap terug naar de prehistorie.

Hunebed D42 en een boom voor een achtergrond met mist.

Grafheuvels en karresporen

Na het Trechterbekervolk kwamen andere volkeren die hun sporen achterlieten. Voor hun doden bouwden ze geen hunebedden meer, maar grafheuvels waarin ze hun doden begroeven. In het Strubben Kniphorstbos staat een mooie grafheuvel, maar je ziet er ook recentere sporen zoals karrensporen uit de middeleeuwen. Deze zijn van wagens en karren die over de Hondsrug naar Groningen trokken. Nog verser zijn de bomkraters, uit de Tweede Wereldoorlog.

Een man kijkt uit over de kronkelende Schipborger Diep vanaf het uitzichtpunt op de Kymmelsberg.

Ontdek het zelf

Je ziet het: in Drenthe kun je sporen vinden uit alle tijden. Voor iedereen zit er wel wat aansprekends bij, zeker in De Hondsrug UNESCO Global Geopark. De verhalen die ze er vertellen maken je beleving alleen nog maar sterker. Oh ja: vereeuwig jezelf er zo vaak je wilt, maar laat geen sporen achter…