College Toer: Vincent van Gogh in Drenthe
In 1883 stapte Vincent van Gogh op de trein naar Drenthe om heide- en veenlandschappen vast te gaan leggen. Hij liet zich inspireren door het oerlandschap en de Drentse veenarbeiders. Vincent vond het hier prachtig en schreef daar veelvuldig over naar zijn broer Theo van Gogh. ‘Het land is superbe, superbe, alles roept U toe: schilder! Zóó echt en zoo gevarieerd.’ Lees hier meer over een belangrijke periode in zijn kunstenaarsbestaan.
-
Geboorte Vincent van Gogh
30 maart 1853, Zundert
Vincent Van Gogh werd geboren in het Brabantse Zundert als zoon van de predikant. Vincent is vernoemd naar de broer die een jaar eerder dood geboren werd. Na Vincent volgden nog drie zussen en twee broers. Tijdens de regelmatige wandelingen van het gezin werd de basis gelegd voor Vincents liefde voor de natuur.
-
Brieven van Theo
1869 - 1880
Nadat Vincent gestopt was met school vertrok hij op zijn zestiende naar Den Haag om te gaan werken bij internationale kunsthandel Goupil & cie. In deze periode begon de briefwisseling met zijn broer Theo waarin Vincent regelmatig schetjes meestuurde. Het was dan ook Theo die de zoekende Vincent in een van zijn brieven adviseerde om meer met tekenen te gaan doen.
-
Vertrek naar Drenthe
September 1883
Vincent, die inmiddels beginnend kunstenaar was, ging na wat omzwervingen in Den Haag wonen met Sien. Maar deze relatie liep stuk en financieel ging het steeds slechter. Op 11 september 1883 vertrok hij vanuit Den Haag naar Drenthe. Zijn goede vriend Anthon van Rappard was een jaar eerder al in Drenthe geweest en had hier een aantal prachtige werken gemaakt. Daar werd Van Gogh door geïnspireerd.
-
Aankomst Hoogeveen logement Albert Hartsuiker
11 september 1883
Na een lange treinreis stapte Vincent uit op Station Hoogeveen. Daar sprak hij met spoorwegarbeider Albertus Hartsuiker die samen met zijn vrouw een logement runde. Voor een gulden per dag kreeg hij kost en onderdak op de zolderkamer van het logement.
-
Wandelingen rondom Hoogeveen
September 1883
Vincent ging er vaak op uit. Hij vindt Drenthe prachtig en raakt geïnspireerd door de schilderachtige provincie. 'De heide is rijk. Ik zag schaapskooien en herders die mooier waren dan de Brabantsche', schrijft hij na aankomst in een van zijn brieven aan Theo.
-
Vertrek uit Hoogeveen
Oktober 1883
Na ruim twee weken had Vincent van alles in de omgeving gezien; een kerkhof, hutten gemaakt van plaggen en een turfschuit getrokken door mannen, vrouwen, kinderen en paarden. Na het maken van verschillende studies besloot hij dieper Drenthe in te gaan. Hij verliet Hoogeveen.
-
Trekschuit naar Nieuw Amsterdam/Veenoord
2 oktober 1883
De trekschuit bracht Vincent in zes uur van Hoogeveen naar Nieuw-Amsterdam/Veenoord. In een brief aan zijn broer liet Van Gogh weten dat hij had genoten van de tocht. Hij beschreef al het moois wat hij onderweg had gezien en maakte er schetsen van.
-
Aankomst logement Scholte
2 oktober 1883
In Nieuw-Amsterdam/Veenoord betrok Van Gogh een kamer in het logement van Hendrik Scholte. Vanaf zijn balkon had hij uitzicht op de ‘curieuse’ ophaalbrug. Hiervan heeft Vincent later een schilderij gemaakt.
-
Dagtochten rondom Nieuw-Amsterdam/Veenoord
Oktober/november 1883
Vincent maakte veel dagtochten vanuit Nieuw-Amsterdam/Veenoord. Hij was geïnteresseerd in het landschap en in het leven van de hard werkende veenarbeider. Hij oefende veel met licht in een donkere omgeving. Met als resultaat: De Onkruid verbrandende boer. En oefening baart kunst. In Drenthe oefende hij zijn schilderstijl die we terugzien in zijn latere werken.
-
Bezoek Zweeloo
1 november 1883
Tijdens één van die dagtochten ging Vincent vroeg in de ochtend met Hendrik Scholte in een open karretje op weg naar Zweeloo. Hij hoopte hier collega kunstenaars te ontmoeten, zoals Liebermann. Tevergeefs, hij besloot lopend terug te keren. Onderweg maakte hij schetsen van de appelboomgaard en het kerkje van Zweeloo. Hij schreef aan Theo dat het bezoek als een droom was.
-
Terugkeer naar Nuenen
4 december 1883
Van Gogh besluit dat het tijd was terug te keren naar Nuenen, naar zijn ouders. Financieel heeft hij het moeilijk en hij voelt zich vaak depressief. De donkere winterdagen en eenzaamheid zullen niet geholpen hebben. Terug in Nuenen schildert hij in het voorjaar van 1885 zijn meesterwerk: De Aardappeleters. Hij heeft zijn roeping gevonden.